Toen ik jaren geleden in India werkte, was ik op een mooie zaterdag op kantoor in Noida (voorstad van Delhi). De traditie daar was dat de medewerkers ook op die dag aan het werk waren en vaak namen zij dan een of twee van hun kinderen mee (win/win is volgens mij uitgevonden in India.). Deze zaterdag maakte ik een praatje met een collega en zijn dochter die stralend boven een grote spaanplaat stonden. Nieuwsgierig vroeg ik wat zij aan het maken waren en mijn collega zei: “iets waarmee je foto’s kunt versturen via een mobiele telefoon”. Goed nieuws, het werkte al, uitdaging: “nu nog zo klein maken dat het van formaat spaanplaat naar het formaat chip kan”. Volgens de collega een kwestie van enkele weken. Ik dankte hem en zijn dochter voor al het harde werken en liep in verwarring weg, mij afvragend wie er ooit de behoefte zou gaan voelen om foto’s te versturen met behulp van een mobiele telefoon….

Die ochtend in New Delhi leerde ik 3 dingen, die ik opschreef in mijn virtuele dagboek:

Later doen: met mijn kinderen werken
Azië gaat binnenkort echt de wereldeconomie rulen
Ik moet echt nooit meer verandering en innovatie uit de weg gaan

Die kinderen kwamen er snel en als jonge ouder haalde ik heel veel informatie en dus steun uit een bestseller die nog steeds actueel is: Oei ik Groei! In dit boek wordt uitgelegd welke groeisprongen kinderen doormaken en hoe daar mee om te gaan. Ik citeer: “Een sprong is een plotselinge verandering